Memorandum
100.000 handen: dé formule voor een rechtvaardige klimaattransitie in Vlaanderen
HERW!N presenteert in het memorandum voor de regionale, federale en Europese verkiezingen van 2024 de drie basisprincipes die essentieel zijn voor de toekomst van sociaal circulair ondernemers: sociaal, circulair en lokaal! Met 13 beleidsvoorstellen reikt HERW!N de hand aan beleidsmakers en alle maatschappelijke actoren om constructief samen te werken aan een ambitieus sociaal circulair beleid.Ook op lokaal niveau
Ook lokale besturen die samen met de sociale ondernemers werk willen maken van een lokaal sociaal circulair beleid, wil HERW!N ondersteunen. Daarom vertalen we onze beleidsvoorstellen naar 20 concrete actiepunten.-
Laat het contingent collectief maatwerk los
- De ontwikkeling van maatwerkbedrijven wordt kunstmatig beperkt door een ‘contingent’: maatwerkbedrijven kunnen niet meer doelgroepmedewerkers tewerkstellen dan het aantal erkende plaatsen dat Vlaanderen voor het maatwerkbedrijf heeft vastgelegd. Laat dat contingent los.
-
Verdubbel individueel maatwerk en zorg voor erkenning van sociale tewerkstellingsondernemingen
- Om individueel maatwerk te financieren wordt de lokale diensteneconomie LDE afgebouwd. Het huidige budget voor individueel maatwerk voorziet 17.000 plaatsen. Ook dat is veel te weinig: minstens een verdubbeling is noodzakelijk om LDE- en andere sociale ondernemingen de kans te geven op een blijvende erkenning als sociale tewerkstellingsonderneming.
-
Verdubbel het aantal mensen in tijdelijke werkervaring OCMW
- Artikel 60§7 van de (federale) OCMW wet bepaalt dat elke OCMW werk moet aanbieden aan personen die nog niet lang genoeg hebben gewerkt om recht te hebben op een werkloosheidsuitkering. Sinds die bevoegdheid gedeeltelijk bij Vlaanderen kwam – en herdoopt werd als Tijdelijk Werkervaring OCMW – daalt het gebruik van de maatregel jaar na jaar, sneller dan de evolutie van mensen met recht op een leefloon. De federale overheid, Vlaanderen en de lokale besturen moeten samenwerken om deze trend om te keren.
-
Geef arbeidszorg de ruimte die het verdient
- Voor sommigen is tewerkstelling, zelfs met financiële ondersteuning en begeleiding, te hoog gegrepen. En toch willen veel van de mensen in die situatie zich inzetten voor de maatschappij. Via arbeidszorg – tegenwoordig ‘arbeidsmatige activiteiten’ genoemd – kan dat. Arbeidszorg verhoogt het welzijn en vervult tenminste een gedeelte van het recht op werk. Helaas valt het daardoor al te vaak tussen de twee stoelen van twee verschillende beleidsdomeinen.
-
Zorg dat het terugverdieneffect aansluit op de subsidies
- Tewerkstellen met ondersteuning en begeleiding kost geld, maar mensen die willen werken thuis laten, kost ook geld. Alle studies wijzen op een terugverdieneffect dat de kost ruimschoots overstijgt. Dat het terugverdieneffect het grootst is op federaal niveau, terwijl de kost grotendeel bij de gewesten ligt, mag niet langer een excuus zijn om effectieve en efficiënte maatregelen mondjesmaat in te zetten: als we hiervoor een oplossingen willen, kunnen we ze vinden.
-
Werk de onzichtbare waslijst weg van mensen die willen werken
- VDAB moet actief en in samenwerking met lokale actoren op zoek gaan naar mensen die eigenlijk wel willen werken, als er werk op hun maat zou zijn. Om ervoor te zorgen dat die groep de weg vindt naar een voor hen geschikte en bedoelde job zal VDAB terug moeten inzetten op fysieke contacten, van mens tot mens, eerder dan op ‘online’ contacten. Bovendien moet VDAB een intensieve samenwerking aangaan met lokale actoren die effectief outreachend kunnen werken, zoals OCMW’s, CAWs, SAAMO, VAPH, en anderen.
-
Zorg voor een correcte vergoeding voor lokaal hergebruik
- De zeer beperkte milieuvergoeding die de kringloopcentra worden toegekend om lokaal hergebruik te realiseren staat in schril contrast met de steile Vlaamse ambities rond circulaire economie en is ontoereikend om de Vlaamse hergebruikdoelstelling te behalen.
-
Ontwikkel UPV’s volgens de ladder van Lansink
- De organisatie van de UPVs heeft een fundamentele impact op de circulaire waardeketens en dus ook op de kringloopsector. Gelet op haar maatschappelijk belang lijkt het ons evident dat alle stakeholders betrokken zijn in het beheersorgaan van de UPV. Momenteel primeert het belang van de producenten en de recyclagesector en gaan er onvoldoende middelen naar preventie, herstel en hergebruik.
-
Zet in op herstel van elektro
- Een gemiddelde Belg consumeert jaarlijks meer dan 27 kg elektro, een pak boven het Europese gemiddelde. Dit resulteert in een groeiende afvalstroom van zogenaamde Afgedankte Elektrische en Elektronische apparatuur (AEEA) en een navenante milieukost. Het louter verhogen van de recyclagegraad biedt geen oplossing voor deze afvalberg, die sterk wordt gevoed door de verkorting van de gemiddelde levensduur van deze producten.Om herstel van elektro meer aantrekkelijk te maken voor de burger en rendabel te maken is er een breed pakket aan maatregelen nodig.
-
Geef circulaire fiscaliteit een kans
- Een echte doorstart van de circulaire economie kan pas wanneer de burger volop inzet op hergebruik en herstel. Deze activiteiten zijn niet altijd economisch rendabel, omdat milieukosten onvoldoende verrekend worden in de nieuwprijs van consumptiegoederen. Om deze activiteiten te steunen zijn gerichte fiscale stimuli noodzakelijk, zoals:
- Vrijstelling van BTW voor schenken van goederen aan erkende kringloopwinkels.
- Verruiming van het verlaagd tarief voor kleine herstellingen met huishoudapparaten
-
Maak kwalitatieve levensduurverlenging van tweedehandsfietsen en -fietsonderdelen mogelijk
- Onderzoek van Fietsberaad toont aan dat het aantal fietsers in Vlaanderen sterk toenam de voorbije jaren. Ook de fietsfrequentie en het fietsbezit stijgt. In de praktijk zien we dat veel mensen een niet-kwalitatieve fiets bezitten. Vaak gaat dit om fietsen die met minderwaardige materialen werden gemaakt en tweedehandsfietsen die niet kwalitatief zijn. Nochtans kan een betaalbare en kwalitatieve tweedehandsfiets een hefboom zijn naar minder gebruik van nieuwe grondstoffen en meer en veiliger fietsgebruik, ook voor een meer kwetsbare doelgroep. Daarom moet ingezet worden op een kwaliteitsgarantie en een garantieverplichting op maat.
-
Verplicht sociaal-circulaire clausule in openbare aanbestedingen
- Op Federaal, Vlaams en lokaal niveau werden de voorbije jaren verschillende plannen gemaakt om circulair ondernemen te stimuleren. Een evolutie die cruciaal is en die HERW!N toejuicht. Via openbare aanbestedingen voor mobiliteit, groenbeheer, bouw en renovatie worden deze plannen in praktijk omgezet. In sommige hiervan wordt gebruik gemaakt van een sociale clausule. Hierbij zien we nog meer potentieel door:
- De sociale clausule voldoende duidelijk te formuleren en correct toe te passen.
- De piste te onderzoeken van een ‘circulaire’ clausule. Dit kan een hefboom zijn voor meer circulair en duurzaam materialengebruik.
- Structureel bij openbare aanbestedingen en conclusies in te zetten op deze clausules.
-
Vul het gat in de samenleving
- Door het faciliteren, inrichten en aanbieden van ontmoetingsruimtes en toegankelijke dienstverlening zoals sociale buurtrestaurants versterk je sociale netwerken en creëer je kansen om eenzaamheid tegen te gaan. Op die manier creëer je zorgzame buurten, waar jong en oud samenwoont, waar mensen zich goed en geborgen voelen, waar personen en gezinnen met grote en kleine ondersteuningsnoden ondersteuning krijgen, waar levenskwaliteit centraal staat, waar diensten en voorzieningen toegankelijk en beschikbaar zijn.
Memorandum
Wil je weten hoe we tot deze beleidsvoorstellen komen? Nieuwsgierig naar concrete praktijkvoorbeelden? Graaf dieper met ons uitgebreide memorandum!